Phalaenopsis
Zijn voor het eerst binnengekomen in Europa rond 1860. De eerste soort was de Phalaenopsis Schilleriana. Deze plant werk aangekocht voor een bedrag van rond de 6000 Bfr. Wat nu een waarde zou hebben van ongeveer 1.200.000 Bfr.
Phalaenopsis heeft een monopadiale groeiwijze (mono = één, pad = voet. Het is een groeiwijze waarbij de stengel niet vertakt. In iedere oksel van de vlezige bladeren zitten 1 a 3 okselknoppen waaruit een bloemwijze kan ontstaan.
De bloemaanleg is heel moeilijk te bepalen. Zo zien we bij kwekers dat de planten er op heel verschillende tijdstippen beginnen te bloeien. Dit fenomeen is vooral beïnvloed door het feit dat de meeste planten kruisingen zijn van Phalaenopsis die uit verschillende streken
afkomstig zijn. De oorspronkelijke planten groeien in bomen en zijn schors-epifyten. Ze stammen uit de regenwouden van China, Tibet, Zuidoost-Azië en Noord-Australië.
Verzorging :
Oude stengels dienen uitgeknipt te worden. Wanneer we de stengel na de bloei terugknippen tot net boven het derde oog, dan verschijnt er meestal nog een tweede bloei. Deze bloei gaat vaak ten koste van de plant zelf. Door deze extra bloei heeft de plant minder tijd om
een nieuwe reserve aan te leggen.
De meeste moderne hybriden zijn meestal bloeikrachtig genoeg om minimum één maal per jaar bloemen te geven.
Verpotten :
Wanneer de plant te hoog opgroeit, dient ze verpot te worden. Hierbij wordt het onderste deel van het wortelgestel terug geknipt en verplant in een nieuw grondmengsel.
Vermeerderen :
Enkel zaaien heeft een heel goed resultaat. Vaak ontstaan er op de oude bloemstengels nieuwe plantjes. Deze worden gedurende enkele maanden omwonden met sfagnum en vast gehouden door middel van een nylonkous. Daarna wordt het nieuwe plantje verwijderd van de moeder plant
en verder opgekweekt.
|